De doop

Er zijn drie dopen.

Mattheüs 3:11
Ik doop u met water tot bekering, maar Hij, die na mij komt, is sterker dan ik; ik ben niet waardig Hem zijn schoenen na te dragen; die zal u dopen met de heilige Geest en met vuur.
Marcus 1:8
Ik heb u gedoopt met water, maar Hij zal u dopen met de heilige Geest.
Lukas 3:16
antwoordde Johannes en zeide tot allen: Ik doop u met water, doch Hij komt, die sterker is dan ik, wiens schoenriem ik niet waardig ben los te maken; die zal u dopen met de Heilige Geest en met vuur.
Johannes 1:33
En ik kende Hem niet, maar Hij, die mij gezonden had om te dopen met water, die had tot mij gezegd: Op wie gij de Geest ziet nederdalen en op Hem blijven, deze is het, die met de heilige Geest doopt.
Handelingen 1:5
Want Johannes doopte met water, maar gij zult met de heilige Geest gedoopt worden, niet vele dagen na deze.
Handelingen 11:16
En ik herinnerde mij het woord des Heren, hoe Hij zeide: Johannes doopte wel met water, maar gij zult met de Heilige Geest gedoopt worden.
Water
Dit is primair de doop van Johannes, ter bekering.
Heilige Geest
Dit is de doop van hen die Jezus aannemen.
Vuur
Dit is de doop van hen die Hem niet aannemen, zoals Mattheüs 3:12 en Lukas 3:17 aangeven.

De doop door Johannes.

Mattheüs 3:1
In die dagen trad Johannes de Doper op en hij predikte in de woestijn van Judea,
Mattheüs 3:6
en zij lieten zich in de rivier, de Jordaan, door hem dopen, onder belijdenis van hun zonden.
Mattheüs 3:7
Toen hij nu zag, dat vele van de Farizeeën en Sadduceeën tot de doop kwamen zeide hij tot hen: Adderengebroed, wie heeft u een wenk gegeven om de komende toorn te ontgaan?
Mattheüs 3:13
Toen kwam Jezus uit Galilea naar de Jordaan tot Johannes, om Zich door hem te laten dopen.
Mattheüs 3:14
Maar deze trachtte Hem daarvan terug te houden en zeide: Ik heb nodig door U gedoopt te worden en komt Gij tot mij?
Mattheüs 3:16
Terstond nadat Jezus gedoopt was, steeg Hij op uit het water. En zie, de hemelen openden zich, en hij zag de Geest Gods nederdalen als een duif en op Hem komen.
Mattheüs 21:25
Vanwaar was de doop van Johannes? Uit de hemel of uit de mensen? En zij overlegden onder elkander en spraken: Indien wij zeggen: Uit de hemel, zal Hij tot ons zeggen: Waarom hebt gij hem dan niet geloofd?
Marcus 1:4-5
geschiedde het, dat Johannes doopte in de woestijn en de doop der bekering tot vergeving van zonden predikte. En het gehele Joodse land liep tot hem uit en alle inwoners van Jeruzalem, en zij lieten zich door hem dopen in de rivier de Jordaan onder belijdenis van hun zonden.
Marcus 1:9
En het geschiedde in die dagen, dat Jezus Nazaret in Galilea verliet en Zich door Johannes in de Jordaan liet dopen.
Marcus 11:30
De doop van Johannes, was die uit de hemel of uit de mensen? Antwoordt Mij daarop.
Lukas 3:3
En hij kwam in de gehele Jordaanstreek en predikte de doop der bekering tot vergeving van zonden,
Lukas 3:7
Hij sprak dan tot de scharen, die uitliepen om zich door hem te laten dopen Adderengebroed, wie heeft u een wenk gegeven om de komende toorn te ontgaan?
Lukas 3:12
Er kwamen ook tollenaars om zich te laten dopen en zij zeiden tot hem: Meester, wat moeten wij doen?
Lukas 3:21
En het geschiedde, terwijl al het volk gedoopt werd, dat, toen ook Jezus gedoopt werd en in gebed was, de hemel zich opende,
Lukas 7:29
En toen al het volk dit hoorde, en ook de tollenaars, hebben zij God gerechtvaardigd, daar zij met de doop van Johannes gedoopt waren.
Lukas 7:30
Maar de Farizeeën en de wetgeleerden verwierpen voor zichzelf de raad Gods, daar zij niet door hem gedoopt waren.
Lukas 20:4
De doop van Johannes, was die uit de hemel of uit de mensen?
Johannes 1:25
En zij vroegen hem en zeiden tot hem: Waarom doopt gij dan, indien gij de Christus niet zijt, noch Elia, noch de profeet?
Johannes 1:26
Johannes antwoordde hun en zeide: Ik doop met water; midden onder u staat Hij, van wie gij niet weet,
Johannes 1:28
Dit geschiedde te Bethanië over de Jordaan, waar Johannes doopte.
Johannes 1:31
En zelf wist ik niet van Hem, maar opdat Hij aan Israël zou geopenbaard worden, daarom kwam ik dopen met water.
Johannes 3:23
Doch ook Johannes doopte, te Enon bij Salim, omdat daar veel water was, en de mensen kwamen daar en lieten zich dopen;
Johannes 10:40
En Hij vertrok weer naar de overzijde van de Jordaan, naar de plaats, waar Johannes de eerste maal doopte, en Hij bleef daar.
Handelingen 1:22
te beginnen met de doop van Johannes tot de dag, dat Hij van ons werd opgenomen, een van hen met ons getuige worden van zijn opstanding.
Handelingen 10:37
Gij weet van de dingen, die geschied zijn door het gehele Joodse land, te beginnen in Galilea, na de doop, die Johannes verkondigde,
Handelingen 13:24
nadat Johannes eerst, voor zijn optreden, aan het gehele volk Israël een doop van bekering gepredikt had.
Handelingen 18:25
Deze was ingelicht omtrent de weg des Heren en, vurig van geest, sprak en leerde hij nauwkeurig hetgeen op Jezus betrekking had, ofschoon hij alleen wist van de doop van Johannes.
Handelingen 19:3
En hij zeide tot hen: Waarin zijt gij dan gedoopt? En zij zeiden: In de doop van Johannes.
Handelingen 19:4
Maar Paulus zeide: Johannes doopte een doop van bekering en zeide tot het volk, dat zij moesten geloven in Hem, die na hem kwam, dat is in Jezus.

Nog te doen.

Mattheüs 28:19
Gaat dan henen, maakt al de volken tot mijn discipelen en doopt hen in de naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes en leert hen onderhouden al wat Ik u bevolen heb.
Marcus 10:38
Doch Jezus zeide tot hen: Gij weet niet, wat gij vraagt. Kunt gij de beker drinken, die Ik drink, of met de doop gedoopt worden, waarmede Ik gedoopt word?
Marcus 10:39
Zij zeiden tot Hem: Wij kunnen het. Jezus zeide tot hen: De beker, die Ik drink, zult gij drinken en met de doop, waarmede Ik gedoopt word, zult gij gedoopt worden,
Marcus 16:16
Wie gelooft en zich laat dopen, zal behouden worden, maar wie niet gelooft, zal veroordeeld worden.
Lukas 12:50
Ik moet gedoopt worden met een doop, en hoe beklemt het Mij, totdat het volbracht is.
Johannes 3:22
Daarna ging Jezus met zijn discipelen naar het land van Judea en Hij vertoefde daar met hen en doopte.
Johannes 3:26
En zij kwamen tot Johannes en zeiden tot hem: Rabbi, die met u was aan de overzijde van de Jordaan en van wie gij getuigd hebt, zie, die doopt en allen gaan tot Hem.
Johannes 4:1
Toen nu de Here vernam, dat de Farizeeën gehoord hadden, dat Jezus meer discipelen maakte en doopte dan Johannes,
Johannes 4:2
(ofschoon Jezus niet zelf doopte, maar zijn discipelen)
Handelingen 2:38
En Petrus antwoordde hun: Bekeert u en een ieder van u late zich dopen op de naam van Jezus Christus, tot vergeving van uw zonden, en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen.
Handelingen 2:41
Zij dan, die zijn woord aanvaardden, lieten zich dopen en op die dag werden ongeveer drieduizend zielen toegevoegd.
Handelingen 8:12
Toen zij echter geloof schonken aan Filippus, die het evangelie van het Koninkrijk Gods en van de naam van Jezus Christus predikte, lieten zij zich dopen, zowel mannen als vrouwen.
Handelingen 10:47
Zou iemand het water kunnen weren, om dezen te dopen, die evenals wij de Heilige Geest hebben ontvangen?
Handelingen 10:48
En hij beval hen te dopen in de naam van Jezus Christus. Toen verzochten zij hem nog enige dagen te blijven.
Handelingen 8:13
En ook Simon zelf kwam tot geloof, en na gedoopt te zijn, bleef hij voortdurend bij Filippus, verbijsterd door die tekenen en grote krachten, die hij zag geschieden.
Handelingen 8:16
Want deze was nog over niemand van hen gekomen, maar zij waren alleen gedoopt in de naam van de Here Jezus.
Handelingen 8:36
En terwijl zij onderweg waren, kwamen zij bij een water, en de kamerling zeide: Zie, daar is water; wat is ertegen, dat ik gedoopt word?
Handelingen 8:38
En hij liet de wagen stilhouden en beiden daalden af in het water, zowel Filippus als de kamerling, en hij doopte hem.
Handelingen 9:18
En terstond vielen hem als schubben van de ogen en hij kon weer zien, en hij stond op en werd gedoopt;
Handelingen 16:15
En toen zij gedoopt was en haar huis, nodigde zij ons, zeggende: Indien gij van oordeel zijt, dat ik de Here getrouw ben, neemt dan uw intrek in mijn huis. En zij drong ons ertoe.
Handelingen 16:33
En in datzelfde uur van de nacht nam hij hen mede om hun striemen af te wassen, en hij liet zichzelf en al de zijnen terstond dopen;
Handelingen 18:8
En Crispus, de overste der synagoge, kwam tot geloof in de Here met zijn gehele huis, en vele van de Korintiers, die hem hoorden, geloofden en lieten zich dopen.
Handelingen 19:5
En toen zij dit hoorden, lieten zij zich dopen in de naam van de Here Jezus
Romeinen 6:4
Wij zijn dan met Hem begraven door de doop in de dood, opdat, gelijk Christus uit de doden opgewekt is door de majesteit des Vaders, zo ook wij in nieuwheid des levens zouden wandelen.
Romeinen 6:3
Of weet gij niet, dat wij allen, die in Christus Jezus gedoopt zijn, in zijn dood gedoopt zijn?
1 Korinthiërs 1:13
Is Christus gedeeld? Is Paulus dan voor u gekruisigd, of zijt gij in de naam van Paulus gedoopt?
1 Korinthiërs 1:14
Ik ben dankbaar, dat ik niemand uwer gedoopt heb dan Crispus en Gajus;
1 Korinthiërs 1:15
zodat niemand kan zeggen, dat gij in mijn naam gedoopt zijt.
1 Korinthiërs 1:16
Ook heb ik nog het gezin van Stefanas gedoopt; verder weet ik niet, dat ik nog iemand gedoopt heb.
1 Korinthiërs 1:17
Want Christus heeft mij niet gezonden om te dopen, maar om het evangelie te verkondigen, en dat niet met wijsheid van woorden, om niet het kruis van Christus tot een holle klank te maken.
1 Korinthiërs 10:2
allen zich in Mozes lieten dopen in de wolk en in de zee,
1 Korinthiërs 12:13
want door één Geest zijn wij allen tot één lichaam gedoopt, hetzij Joden, hetzij Grieken, hetzij slaven, hetzij vrijen, en allen zijn wij met één Geest gedrenkt.
1 Korinthiërs 15:29
Wat zullen anders zij doen, die zich voor de doden laten dopen? Indien er in het geheel geen doden opgewekt worden, waarom laten zij zich nog voor hen dopen?
Galaten 3:27
Want gij allen, die in Christus gedoopt zijt, hebt u met Christus bekleed.
Efeziërs 4:5
één Here, één geloof, één doop,
Kolossenzen 2:12
daar gij met Hem begraven zijt in de doop. In Hem zijt gij ook medeopgewekt door het geloof aan de werking Gods, die Hem uit de doden heeft opgewekt.
1 Petrus 3:21
Als tegenbeeld daarvan redt u thans de doop, die niet is een afleggen van lichamelijke onreinheid, maar een bede van een goed geweten tot God, door de opstanding van Jezus Christus,

De door dit symbool uitgebeelde werkelijkheid

Handelingen 22:16
En nu, wat aarzelt gij nog? Sta op, laat u dopen en uw zonden afwassen, onder aanroeping van zijn naam.
1 Korinthiërs 6:11
En sommigen uwer zijn dat geweest. Maar gij hebt u laten afwassen, maar gij zijt geheiligd, maar gij zijt gerechtvaardigd door de naam van de Here Jezus Christus en door de Geest van onze God.
Hebreeën 10:22
laten wij toetreden met een waarachtig hart, in volle verzekerdheid des geloofs, met een hart, dat door besprenging gezuiverd is van besef van kwaad, en met een lichaam, dat gewassen is met zuiver water.
2 Petrus 2:22
Hun is overkomen, wat een waar spreekwoord zegt: Een hond, die teruggekeerd is naar zijn uitbraaksel, of: een gewassen zeug naar de modderpoel.
Openbaring 7:14
En ik sprak tot hem: Mijn heer, gij weet het. En hij zeide tot mij: Dezen zijn het, die komen uit de grote verdrukking; en zij hebben hun gewaden gewassen en die wit gemaakt in het bloed des Lams.
Openbaring 22:14
Zalig zij, die hun gewaden wassen, opdat zij recht mogen hebben op het geboomte des levens en door de poorten ingaan in de stad.