Bijna-dood­ervaringen

Bij het uitvallen van lichaamsfuncties kunnen bepaalde belevingen ontstaan — dit verklaart sommige bijna-doodervaringen. Ernstig zuurstof­gebrek levert een gevoel van zalig holisme op, wellicht door het uitvallen van de linkerhersenhelft.

Ook laat zuurstofgebrek de periferie van het netvlies uitvallen, en veroorzaakt overprikkeling in het centrum. Hierdoor ontstaat de ervaring dat men door een tunnel in de richting van een hel licht beweegt. Verder gaan bijna-doodervaringen soms gepaard met de overtuiging uit het lichaam te treden.

Door aanpassing worden dergelijke ervaringen, als in een droom, gemakkelijk gecompleteerd tot een verhaal, dat dan in combinatie met alle emoties rond het bijna-sterven diepe indruk kan maken.

Dergelijke ervaringen kunnen leiden tot een valse spiritualiteit, maar ook een opstapje zijn naar echte. Dat laatste als zo'n ervaring bepaalde blokkaden slecht, en daarna het besef komt dat die ervaring zelf geen spirituele waarde heeft.

Tegenwerping (Bijna-doodervaring waar):
Maar bijna-doodervaringen ontstaan als de hersenen niet werken, als het EEG, het electroëncefalogram, vlak is.
Antwoord:
Dat is onwaarschijnlijk, want op dat moment worden er geen herinneringen opgeslagen, en zou men zich bij ontwaken de ervaring niet kunnen herinneren. Waarschijnlijker is een temporele verschuiving van de herinnering, waarbij de ervaringen tijdens het uitvalsproces geplaatst worden in de periode na de uitval.
(In ratten is de hersenactiviteit tijdens het uitvalsproces bevestigd.)