Het lied

Een lied is een gedicht met een melodie. De Bijbel bevat een groot aantal liederen — waarvan helaas de melodieën verloren zijn gegaan.

Er zijn drie Bijbelse liedboeken.

Psalmen
Feitelijk een bundel van vijf liedboeken. Waarschijnlijk wordt in 2 Kronieken 29:30 naar (één van) die boeken verwezen, wellicht naar 1 Kronieken 16:8-36, Psalmen 105.
Hooglied
Klaagliederen

Andere verwijzingen.

Exodus 15:1-21
Het lied van Mozes en Mirjam.
Numeri 21:17-18a
Toen heeft Israël dit lied gezongen: Wel op, gij bron: zingt haar in beurtzang toe; de bron, die de vorsten groeven, die edelen des volks boorden met hun scepter, met hun staven.
Numeri 21:27-30
Deuteronomium 32
Richteren 5
Het lied van Debora.
1 Samuël 2:1-10
Het lied van Hanna.
2 Samuël 1:17
Een elegie.
2 Samuël 1:19-27
Een elegie.
2 Samuël 3:33-34
Een elegie.
2 Samuël 22
1 Koningen 4:32
Jesaja 23:15z-16
Het lied op de hoer: Neem de citer, ga rond door de stad, verlaten hoer! Speel mooi, zing veel, opdat men aan u denke.
Jesaja 26:1-11
het lied op Jerusalem. Niet helemaal duidelijk is waar dit lied ophoudt.
Lukas 1:42-45
Het lied van Elisabeth.
Lukas 1:46-55
Het lied van Maria (op het stramien van het lied van Hanna).
Lukas 1:69-79
Het lied van Zacharias.
Openbaring 5:9-10
Openbaring 14:2-5
Openbaring 15:3-4

Zie ook lofzang.