Spuwen

Spuwen en speeksel zijn meestal een teken van minachting.

Numeri 12:14a
Daarop zeide de Here tot Mozes: Had haar vader haar openlijk in het gezicht gespuwd, zou zij dan niet gedurende zeven dagen te schande zijn?
Deuteronomium 25:9
Dan zal zijn schoonzuster voor de ogen der oudsten bij hem gaan staan, hem zijn schoen van de voet trekken, hem in het gelaat spuwen en aldus betuigen: Zo zal men de man doen, die het huis van zijn broeder niet bouwt.
Galaten 4:14
en toch hebt gij de verzoeking, die er voor u in mijn lichamelijke toestand gelegen was, niet als iets verachtelijks beschouwd of ertegen gespuwd, maar gij hebt mij ontvangen als een bode Gods, (ja), als Christus Jezus.

Dat ondervond ook Jezus.

Jesaja 50:6
Mijn rug heb ik gegeven aan wie sloegen, en mijn wangen aan wie mij de baard uittrokken; mijn gelaat heb ik niet verborgen voor smadelijk speeksel.
Mattheüs 26:67
Toen spuwden zij Hem in het aangezicht en sloegen Hem met vuisten;
Mattheüs 27:30
En zij spuwden naar Hem en namen het riet en sloegen Hem ermede op het hoofd.
Marcus 10:34
en zij zullen Hem bespotten en Hem bespuwen en Hem geselen en doden, en na drie dagen zal Hij opstaan.
Marcus 14:65a
En sommigen begonnen Hem te bespuwen en zijn gelaat te bedekken en Hem met vuisten te slaan en tot Hem te zeggen: Profeteer nu!
Marcus 15:19
En zij sloegen Hem met een riet op het hoofd en bespuwden Hem en zij vielen op de knieën en bewezen Hem hulde.
Lukas 18:32
Want Hij zal overgeleverd worden aan de heidenen en bespot en gesmaad en bespuwd worden,

Deze minachting wordt door Job tot woordbeeld gemaakt.

Een bijzonder daadbeeld is als David poogt voor een waanzinnige door te gaan: hier is het niet de bedoeling dat de toeschouwers begrijpen dat het een beeld is.

1 Samuël 21:13
Daarom stelde hij zich in hun tegenwoordigheid aan als een waanzinnige en gedroeg zich bij hen als een razende; hij bekrabbelde de deurvleugels van de poort en liet het speeksel in zijn baard lopen.

Letterlijk gebruik: Leviticus 15:8, Jona 2:10

Het enige positieve gebruik is als Jezus spuwt bij genezingen. Dit verwijst waarschijnlijk naar de Farizeese leer (Babylonische Talmoed, tractaat Bava Batra, hoofdstuk 8, folio 126 verso) dat het speeksel van de (rechtmatige) eerstgeborene eens vaders (maar niet ener moeder) blindheid kon genezen. Volgens hun eigen leer zouden de Farizeeën Jezus dus — niet als een uit overspel geborene, maar — als de eerstgeborene des Vaders moeten erkennen (want een aardse kandidaat voor zulk een vader was er niet).

Marcus 7:33
Hij nam hem terzijde, buiten de schare, en stak zijn vingers in zijn oren, spuwde, raakte zijn tong aan,
Marcus 8:23
En Hij vatte de blinde bij de hand en bracht hem buiten het dorp, en Hij spuwde in zijn ogen, legde hem de handen op en vroeg hem: Ziet gij iets?
Johannes 9:6
Na dit gezegd te hebben, spuwde Hij op de grond en maakte slijk van dit speeksel en Hij legde hem het slijk op de ogen,