Het Griekse alfabet

Αλφα, Alpha
Α, α — komt ook als woord voor in de Bijbel, evenals ω. Uit aleph.
Βητα, Beta
Β, β — uit bêt
Γαμμα, Gamma
Γ, γ — een γ vóór een γ, κ of ξ wordt uitgesproken als ‚ng’ — uit gîmel
Δελτα, Delta
Δ, δ — van dalet.
Ε ψιλον, Epsilon
Ε, ε — uit hê
(Wau)
Een teken dat alleen nog als cijfer gebruikt werd — het cijfer zes. Het komt als zodanig met Xi en Chi voor in Openbaring 13:18 in enige handschriften.
Ζητα, Zeta
Ζ, ζ. Afhankelijk van het dialect uitgesproken als ‚zd’ of ‚dz’.
Ητα, Eta
Η, η — uit hêt.
Θητα, Theta
Θ, θ — uit têt
Ιωτα, Jota
Ι, ι Een ι na een lange klinker wordt uitgesproken als ‚j’ en onder die klinker geschreven (ᾳ, ῃ, υͅ, ῳ) — uit jôd.
Καππα, Kappa
Κ, κ — uit kaph?
Λαβδα, Labda
Λ, λ (soms ook λαμβδα genoemd). Uit lâmed.
Μυ, Mu
Μ, μ — uit mêm
Νυ, Nu
Ν, ν — uit nûn
Ξι, Xi
Ξ, ξ. Als cijfer: 60 (zie Wau).
Ο μικρον, Omicron
Ο, ο — ου wordt uitgesproken als ‚oe’.
Πι, Pi
Π, π — uit pê
Ῥω, Rho
Ρ, ρ — uit res
Σιγμα, Sigma
Σ, σ, ς — uit šin
Ταυ, Tau
Τ, τ — uit taw.
Υ ψιλον, Upsilon
Υ, υ
Φι, Phi
Φ, φ — een oorspronkelijke Griekse letter.
χι, Chi
Χ, χ. Als cijfer: 600 (zie Wau) — een oorspronkelijke Griekse letter.
Ψι, Psi
Ψ, ψ — een oorspronkelijke Griekse letter.
Ω μεγα, Omega
Ω, ω — een oorspronkelijke Griekse letter.

Spiritus werden niet geschreven, evenmin als spaties of toonaccenten. Leestekens (vraagpuntkomma, bovenpunt)?