De aanvang der schepping

Schepping van hemel en aarde.

Genesis 1:1
In den beginne schiep God de hemel en de aarde.
Job 38:4a
Waar waart gij, toen Ik de aarde grondvestte?
Psalmen 8:4
Aanschouw ik uw hemel, het werk van uw vingers, de maan en de sterren, die Gij bereid hebt:
Psalmen 102:26
Gij hebt voormaals de aarde gegrondvest, en de hemel is het werk uwer handen;
Hebreeën 1:10
En: Gij, Here, hebt in den beginne de aarde gegrondvest, en de hemelen zijn het werk uwer handen;
Psalmen 119:89-91
Voor eeuwig, o Here, houdt uw woord stand in de hemelen. Van geslacht tot geslacht is uw trouw, Gij hebt de aarde gegrond, zodat zij staat; naar uw verordeningen staan zij heden ten dage, want zij alle zijn uw knechten.
Psalmen 136:5a
die met verstand de hemel schiep,
Spreuken 3:19
de Here heeft door wijsheid de aarde gegrond, door verstand de hemelen vastgesteld,
Jesaja 37:16z
Gij hebt de hemel en de aarde gemaakt.
Jesaja 40:26a
Heft uw ogen naar omhoog en ziet: wie heeft dit alles geschapen?
Jesaja 40:28m
Een eeuwig God is de Here, Schepper van de einden der aarde.
Jesaja 44:24z
Ik ben de Here, die alles gemaakt heb; die de hemel heb uitgespannen, Ik alleen; die de aarde uitgebreid heb door eigen kracht;
Jesaja 45:18
Want zo zegt de Here, die de hemelen geschapen heeft — Hij is God — die de aarde geformeerd en haar gemaakt heeft, Hij heeft haar gegrondvest; niet tot een baaierd heeft Hij haar geschapen, maar ter bewoning heeft Hij haar geformeerd: Ik ben de Here en er is geen ander.
Jesaja 51:13a
dat gij vergeet de Here, uw Maker, die de hemel uitspande en de aarde grondvestte;
Jesaja 51:16z
Ik, die de hemel uitspan en de aarde grondvest en tot Sion zeg: Gij zijt mijn volk.
Jeremia 10:12
Hij maakt de aarde door zijn kracht, Hij bereidt de wereld toe door zijn wijsheid en breidt de hemel uit door zijn verstand.
Jeremia 51:15
Hij maakt de aarde door zijn kracht, bereidt de wereld toe door zijn wijsheid en breidt de hemel uit door zijn verstand.
Zacharia 12:1z
Aldus luidt het woord van de Here, die de hemel uitspant en de aarde grondvest, en de geest des mensen in diens binnenste formeert.

Dat is het grote onderscheid met de afgoden.

1 Kronieken 16:26z, Psalmen 96:5z
want alle goden der volken zijn afgoden, maar de Here heeft de hemel gemaakt;
Jeremia 10:11
— Zo zult gij tot hen zeggen: De goden, die de hemel en de aarde niet gemaakt hebben, zullen vergaan van de aarde en van onder de hemel. —

Het is een argument voor Gods almacht.

Jeremia 32:17
Ach, Here Here, zie, Gij hebt de hemel en de aarde gemaakt door uw grote kracht en uw uitgestrekte arm; niets zou te wonderlijk zijn voor U,

Daarmee is „die hemel en aarde gemaakt heeft” tot een epitheton geworden.

Psalmen 115:15
Gezegend zijt gij door de Here, die hemel en aarde gemaakt heeft.
Psalmen 121:2
Mijn hulp is van de Here, die hemel en aarde gemaakt heeft.
Psalmen 124:8
Onze hulp is in de naam des Heren, die hemel en aarde gemaakt heeft.
Psalmen 134:3
De Here zegene u uit Sion, Hij, die hemel en aarde gemaakt heeft.

Duisternis.

Genesis 1:2
De aarde nu was woest en ledig, en duisternis lag op de vloed, en de Geest Gods zweefde over de wateren.
(Dit „woest en ledig” komt verder nog voor in Jeremia 4:23.)

(NT nog doen.)