De mens kan, en moet soms, kiezen

De mens krijgt van Godswege keuzen voorgelegd, en kiest ook.

Jozua 24:15
Maar indien het kwaad is in uw ogen, de Here te dienen, kiest dan heden, wie gij dienen zult: of de goden die uw vaderen aan de overzijde der Rivier gediend hebben, of de goden der Amorieten, in wier land gij woont. Maar ik en mijn huis, wij zullen de Here dienen!
Jozua 24:22
Daarop zeide Jozua tot het volk: Gij zijt getuigen tegen uzelf, dat gij u de Here verkoren hebt, om Hem te dienen. Toen zeiden zij: Wij zijn getuigen.

Het al dan niet volgen van God is een keuze, geen blinde noodzakelijkheid.

Psalmen 119:30
Ik verkies de weg der waarheid, Ik stel uw verordeningen voor mij.
Psalmen 119:173
Uw hand zij mij ter hulpe, want uw bevelen heb ik verkozen.
Spreuken 1:29-31
Omdat zij de kennis hebben gehaat en de vreze des Heren niet hebben verkozen, mijn raad niet hebben gewild, al mijn vermaningen hebben versmaad, zullen zij eten van de vrucht van hun wandelen verzadigd worden van hun raadslagen.
Jesaja 41:24
Zie, gij zijt niets en uw werk is nietig; een gruwel is hij die u verkiest.
Jesaja 56:4-5
Want zo zegt de Here van de ontmanden, die mijn sabbatten onderhouden en verkiezen wat Mij behaagt en vasthouden aan mijn verbond: Ik geef hun in mijn huis en binnen mijn muren een gedenkteken en een naam, beter dan zonen en dochters; Ik geef hun een eeuwige naam, die niet uitgeroeid zal worden.
Jeremia 3:3
Zo zijn dan de regenstromen ingehouden en is de late regen niet gekomen; maar gij hebt een hoerenvoorhoofd, gij verkiest u niet te schamen.
Jeremia 42:22
Nu dan, weet wel, dat gij door het zwaard, de honger of de pest zult sterven in de plaats waarheen gij verkiest te gaan om daar te verblijven.
Lukas 10:40-42
Marta echter werd in beslag genomen door het vele bedienen. En zij ging bij Hem staan en zeide: Here, trekt Gij het U niet aan, dat mijn zuster mij alleen laat dienen? Zeg haar dan, dat zij mij komt helpen. Maar de Here antwoordde en zeide tot haar: Marta, Marta, gij maakt u bezorgd en druk over vele dingen, maar weinige zijn nodig of slechts één; want Maria heeft het goede deel uitgekozen, dat van haar niet zal worden weggenomen.

Soms eist God van ons dat wij kiezen.

Deuteronomium 30:19-20
Ik neem heden de hemel en de aarde tegen u tot getuigen; het leven en de dood stel ik u voor, de zegen en de vloek; kies dan het leven, opdat gij leeft, gij en uw nageslacht, door de Here, uw God, lief te hebben, naar zijn stem te luisteren en Hem aan te hangen, want dat is uw leven en waarborg voor een langdurig wonen in het land, waarvan de Here uw vaderen, Abraham, Isaak en Jakob, gezworen heeft, dat Hij het hun geven zou.
2 Samuël 24:12
Ga heen, spreek tot David: zo zegt de Here: drie dingen leg Ik u voor; kies u er één van; dan zal Ik dat over u doen komen.
1 Kronieken 21:10-12
Ga heen en spreek tot David: Zo zegt de Here: drie dingen leg Ik u voor; kies u er één van; dan zal Ik dat over u doen komen. Daarop kwam Gad bij David en zeide tot hem: Zo zegt de Here: kies of drie jaren hongersnood, of drie maanden vluchten voor uw tegenstanders, terwijl het zwaard van uw vijanden u achterhaalt, of drie dagen dat het zwaard des Heren, de pest, in het land heerst en de engel des Heren in het gehele gebied van Israël verderf brengt. Overweeg dan nu, wat ik mijn Zender moet antwoorden.

Ook in het seculiere leven kan en mag een mens kiezen.

Deuteronomium 23:15-16
Gij zult een slaaf, die van zijn meester naar u gevlucht is, niet aan zijn meester uitleveren; bij u, in uw midden, mag hij blijven waar hij verkiest, in een uwer steden, waar het hem goeddunkt; gij zult hem niet hard behandelen.

Sommige keuzen mag een mens niet maken. Dit moet expliciet verboden worden, daar hij het wel kan.

Spreuken 3:31-32
Wees niet afgunstig op een man van geweld en verkies geen enkele van zijn wegen, want de Here verafschuwt de verkeerde, maar met de oprechten gaat Hij vertrouwelijk om.

Jeremia moet zelfs belijden dat de Israëlieten kozen waar zij niet kiezen mochten. Dit bewijst eens te meer dat zij het dus wel konden.

Jeremia 10:23
Ik weet, o Here, dat het niet aan de mens staat zijn weg te kiezen, noch aan een man om te gaan en zijn schreden te richten.

Kiezen leert een mens al opgroeiende.

Jesaja 7:14-16
Daarom zal de Here zelf u een teken geven: Zie, de jonkvrouw zal zwanger worden en een zoon baren; en zij zal hem de naam Immanuel geven. Boter en honig zal hij eten, zodra hij het kwade weet te verwerpen en het goede te verkiezen. Maar voordat de jongen weet het kwade te verwerpen en het goede te verkiezen, zal het land ontvolkt zijn, voor welks beide koningen gij angstig zijt.