Nog te doen
- Het probleem van bijvoorbeeld koopzondagen verdwijnt als gemeenten kleiner worden: er is dan altijd wel een buurgemeente nabij waar de kooplustige kan kopen, of één waar de rustzoeker stilte kan vinden.
- Veel zaken kunnen „lokaal democratisch” worden geregeld.
- Voor overheidssteun van kunst en liefdadigheid wordt het totaalbedrag vastgesteld, en vervolgens verdeeld pro rato van de particuliere giften. Het geld wordt vervolgens in termijnen uitbetaald, om grote schokken te voorkomen. De overheid neemt dus zelf geen beleidsbeslissingen, met uitzondering van basisloon en werkverschaffing (de vervanger van uitkeringen en bijstand).
- De publieke omroep.
- Omroeporganisaties krijgen een budget in geld en tijd evenredig aan hun ledental. Dit ledental wordt continu vastgesteld.
- In die tijd en met dat geld kunnen ze uitzenden wat ze willen, tenzij een commerciëe omroep het wil uitzenden. De publieke omroep is er namelijk om datgene uit te zenden wat in een puur commercieel stelsel verloren zou gaan.
- Ze kunnen coalities vormen, dat wil zeggen geld en tijd poolen. Zo kunnen ze zaken uitzenden die de organisaties individueel wellicht niet zouden kunnen dragen, en hebben twee kleine organisaties dezelfde kracht als één dubbel zo grote. Dit maakt het zinvol „klein”, en dus genuanceerd, te stemmen.
- Er is geen minimumvereiste aan het ledental, maar wel een realistische kostendrempel: de aanwezigheid van een omroep kost tijd en geld (vergaderingen, kantoorruimte), en die kosten moeten betaald worden.
- Waar mogelijk wordt aan groepen (recursief) autonomie over aspecten van hun eigen lot gegeven. Het bestaan van lagere overheden is hiervan een voorbeeld, maar dergelijke groepen behoeven niet aan grondgebied gekoppeld te zijn.
- Dit ontlast de kamer, en vergroot de betrokkenheid van de burger, die zich voor verschillende aspecten van het leven door verschillende mensen kan laten vertegenwoordigen (economie in de kamer, media in het omroepbestel, ruimtelijke ordening in de wijk, ‥)
- De overheid mag doelen eisen (transport), maar geen middelen (trein). Op die wijze blijft innovatie mogelijk. Regelmatige toetsing of een doel niet tot middel is gereduceerd (door Internet is transport nu een middel tot contact naast andere).
- Inspraak moet niet verder gaan dan kennis — De leek moet niet kunnen stemmen over een technische maatregel, dat geeft slechts ruis.
- Slechts bewezen technische competentie verleent uiteindelijk stemrecht. Anderen stemmen middels indirectie (zij kiezen vertegenwoordigers die wel aan de vereisten voldoen).
- De politiek stemt in principe slechts over doelen; de wetenschap levert de middelen.
- Als de wetenschap zich incompetent verklaart wordt geen finale beslissing genomen, maar wordt zo mogelijk geëxperimenteerd. Soms in laboratoria, soms in het veld (verschillende onderwijsmethoden, medische behandelingen, aanpak van veroordeelden, ‥).
- Slechts indien parallelle experimenten onmogelijk zijn (kredietcrisis) beslist de politiek over de middelen, of wijst daartoe een expert aan.
- „Never delete raw data.” Voor zover niet in strijd met andere belangen (veiligheid, privacy, ‥) moet toegang bestaan tot de brongegevens, zodat analyses controleerbaar zijn. Rechters spreken recht op grond van die brongegevens — het is een juridische beslissing een bepaalde analyse al dan niet de aanvaarden. Narekenbaarheid is een grondrecht van de informatievoorziening. Waar vrije toegang om andere redenen onwenselijk is kan vercijfering met welomschreven en goed-geïmplementeerde toegangsrechten een oplossing bieden.
- Sectie toevoegen: Marktꜛ.
- De overheid zou een markt moeten onderhouden voor alle waarden boven een bepaalde minimumcapitalisatie, om liquiditeitꜛ te bewerkstelligen. Zo nodig aggregeren: wind-, zon-, neerslag- en temperatuurderivaten bundelen in een weerderivaatꜛ, misschien door ze in een bepaalde verhouding op te nemen, of naar rato van het werkelijke marktaandeel op ieder moment.
Losse ideeën
- De PVV is in de praktijk behoorlijk pro-Islam, in ieder geval pro-Saoedi-Arabië.
- Stoppen met het uitroken van Osama Bin Laden en de strijd tegen de Taliban.
- Onze afhankelijkheid van petroleum vergroten (geen investeringen in nieuwe energievormen, steun aan de asfaltmaffia).
- De uitspraken van Geert Wilders tegen de politiek van Pim Fortuyn.
- De verzekeringsparadoxꜛ: verzekeraars willen dat de door hen verzekerde diensten duur zijn. Dan moeten ze weliswaar meer betalen bij uitkering, maar dat compenseren ze met hogere premies. Hun voordeel is dat hoe groter het risico, des te groter ook de verzekerbereidheid, dus duurdere schade levert meer verzekerden op.
- Maatschappelijke vrijheid volgt uit informatieloosheid. Ik kan ongehinderd mijn pink opsteken, maar niet mijn middelvinger, omdat die geste betekenis heeft. In Afrikaanse dorpjes kunnen vrouwen met blote borsten rondlopen, maar niet in het Westen. Complimenten zijn geen probleem in de VS, omdat ze daar betekenisloos zijn: „Everyone is special”.