God

God is de grote heerser en bron van alles wat bestaat.

Psalmen 66:3
Zegt tot God: Hoe geducht zijn uw werken; vanwege uw machtige grootheid brengen uw vijanden U veinzend hulde.
Psalmen 79:11
Het zuchten der gevangenen kome voor uw aangezicht, doe de ten dode gedoemden overblijven naar de grootheid van uw arm.
Psalmen 145:3-6
De Here is groot en zeer te prijzen, zijn grootheid is ondoorgrondelijk.
Geslacht aan geslacht zal uw werken roemen, zij zullen uw machtige daden verkondigen.
Ik zal van de heerlijke luister uwer majesteit en van uw wonderdaden gewagen.
Zij zullen spreken van de macht uwer geduchte daden, en uw grootheid wil ik vertellen.
Psalmen 150:2
looft Hem om zijn machtige daden, looft Hem naar zijn geweldige grootheid.
Jesaja 40:26
Heft uw ogen naar omhoog en ziet: wie heeft dit alles geschapen? Hij, die het heer daarvan in groten getale uitleidt en elk daarvan bij name roept door de grootheid zijner sterkte en omdat Hij geweldig van kracht is; er blijft niet één achter.

Kernbepalingen van God.

Overdrachtelijk.

Hij is vuur.
Hebreeën 12:29
want onze God is een verterend vuur.
Hij is licht.
1 Johannes 1:5
En dit is de verkondiging, die wij van Hem gehoord hebben en u verkondigen: God is licht en in Hem is in het geheel geen duisternis.

Letterlijk.

Hij is liefde.
1 Johannes 4:8z
want God is liefde.
1 Johannes 4:16z
God is liefde, en wie in de liefde blijft, blijft in God en God blijft in hem.
Hij is Geest.