Samenwerking

Poets­visjes en hun klanten hebben beide — tegelijk — moeten leren samenwerken. De gast mag de poetsvis niet opeten, en de poetsvis moet poetsen. Als de gast niet leert sterft de poetsvis, en als de poetsvis niet leert zullen minder ontziende gasten de ontzienden wegconcurreren.

Soms bestaat de samenwerking binnen één soort.

Muilbroeders hebben moeten leren de jongen in hun muil niet door te slikken, en de jongen hebben moeten leren die muil als schuilplaats te zien.

Het bijzondere van deze voorbeelden is dat er geen sprake is van een geleidelijke overgang van een bestaand evenwicht naar een nieuw (zoals met lokferomonen or sleutel-en-slotgeslachtsorganen nog voorstelbaar zou zijn) maar dat twee groepen vanuit het niets opeens tot samenwerking moeten zijn gekomen.

Zie ook vormen van samenwerking.