Ook ongeheiligd zijn we als Christen gered

Onze heiliging is een liefdesgave aan God; onze redding hangt daar niet van af.

1 Thessalonicenzen 5:4-10
Maar gij, broeders, zijt niet in de duisternis, zodat die dag u als een dief overvallen zou: want gij zijt allen kinderen des lichts en kinderen des dags. Wij behoren niet aan nacht of duisternis toe;
laten wij dan ook niet slapen gelijk de anderen, doch wakker en nuchter zijn. Want die slapen, slapen des nachts en die zich bedrinken, zijn des nachts dronken, maar laten wij, die de dag toebehoren, nuchter zijn, toegerust met het harnas van geloof en liefde en met de helm van de hoop der zaligheid; want God heeft ons niet gesteld tot toorn, maar tot het verkrijgen van zaligheid door onze Here Jezus Christus, die voor ons gestorven is, opdat wij, hetzij wij waken, hetzij wij slapen, tezamen met Hem zouden leven.
2 Timotheüs 2:11-13
Het woord is betrouwbaar: immers, indien wij met Hem gestorven zijn, zullen wij ook met Hem leven; indien wij volharden, zullen wij ook met Hem als koningen heersen; indien wij Hem zullen verloochenen, zal ook Hij ons verloochenen; indien wij ontrouw zijn, Hij blijft getrouw, want Zichzelf verloochenen kan Hij niet.

(Als dat wel zo zou zijn zou heiliging een werk der wet zijn.)

Wie zich heiligt krijgt echter rijkere toegang.

2 Petrus 1:9-11
Want bij wie zij niet zijn, die is verblind in zijn bijziendheid, daar hij de reiniging van zijn vroegere zonden heeft vergeten. Beijvert u daarom des te meer, broeders, om uw roeping en verkiezing te bevestigen; want als gij dit doet, zult gij nimmer struikelen. Want zo zal u rijkelijk worden verleend de toegang tot het eeuwige Koninkrijk van onze Here en Heiland, Jezus Christus.

Probleemvers.

Hebreeën 12:14
Jaagt naar vrede met allen en naar de heiliging, zonder welke niemand de Here zal zien.