God

((Te doen: wat het Christendom leert omtrent God.))

De aard van de zedewet zegt ons iets over wie God is, als Hij bestaat. Het is natuurlijk mogelijk ons een cynische god voor te stellen die juist uit wreedheid ons een goede wet laat kennen, maar die positie is niet houdbaar als wereldbeeld.

De enig houdbare verklaring is toch dat een eventuele God qua karakter vagelijk overeenkomt met die Wet. Vagelijk, want in onze onvolmaaktheid zullen we die wet vast ook niet volmaakt kennen — dat blijkt al uit de verschillen tussen mensen die in principe de naastenliefde accepteren. De een vindt dat negers daarbuiten vallen, de ander ongeborenen, of Joden, of ouden van dagen, of geestelijk gehandicapten, noem maar op.