Was Jezus enkel bewusteloos?

Tegenwerping (Jezus schijndood):
Misschien was Jezus niet echt dood toen Hij van het kruis werd genomen, en is Hij op die manier uit het graf verdwenen en later aan de mensen verschenen. Ten slotte was ook Pilatus verbaasd dat Hij al dood zou zijn Marcus 15:44a
Antwoord:
Hierop zijn verschillende antwoorden te geven.
De persoon van Jezus.
Onder deze hypothese moet Jezus actief hebben meegewerkt aan een groot bedrog. Om maar één ding te noemen: zelfs aan het kruis moet Hij nog gelogen hebben toen Hij Zijn medegekruisigde beloofde „Heden zult gij met Mij in het paradijs zijn.” (Lukas 23:43).
De voorspellingen.
Jezus had ettelijke malen Zijn opstanding voorspeld. Hoe kon Hij weten dat Hij er bij de kruisiging met een schijndood zou afkomen?
De inschattingsfout van de omstanders.
Ooggetuigen zagen Hem de geest geven. Niet alleen Zijn volgelingen (die als mensen uit die tijd heel wat meer ervaring hadden met — ook gewelddadig — sterven dan wij), maar ook de Romeinse soldaten, voor wie de doodstraf in opstandige provincies dagelijkse kost was. Wie aan een kruis hangt en zich niet opduwt sterft binnen enkele minuten door verstikking, vandaar dat van de twee misdadigers de benen werden gebroken (Johannes 19:32). Jezus hing daar echter maar liefst drie uur met slappe benen (anders was zijn levend-zijn evident geweest): vanaf het negende uur (3 uur ʼs middags) tot in de avond. En, voor de zekerheid gaf een soldaat Hem nog een stoot in het hart.
Inderdaad was Pilatus verbaasd, en hij deed dan ook navraag of Jezus wel echt dood was (Marcus 15:44z) — aan de hoofdman die drie uur tegen dat lijk aan heeft zitten kijken. Pas na diens oordeel geeft hij het lijk vrij.
Als er ook maar de geringste twijfel was geweest dat Jezus dood was zouden de Joden wel geprotesteerd hebben tegen de kruisafname.
Zijn gezondheidstoestand.
Een Jezus die niet dood, maar wel stervende was, of zelfs maar een Jezus die nog een halve week niet kon lopen voldoen niet voor deze tegenwerping. Uiterlijk op zondagochtend moet Jezus op zijn doorboorde voeten een geslaagde ontsnapping hebben kunnen plegen. Maar hoe was Zijn toestand? Hij was allereerst uitgeput, na een doorwaakte nacht, een hevige dag vol verhoren en geselingen en het sjouwen van een zware kruisbalk. Dan kwam de kruisiging zelf, en uiteindelijk nog die speerstoot door het hart waarbij Hij grote hoeveelheden bloed en lymphe verloor, hetgeen wijst op een geborsten hart en pleuresie. En vervolgens is Hij stijf ingewikkeld in het harnas van de windselen, waaruit een penetrante scherpe geur kwam die Hem de adem zou benemen — als Hij in die windselen al had kunnen ademen, want ook Zijn gezicht werd afgedekt. Zo ingebakerd is Hij dan in een kleine afgesloten ruimte gelegd waar geen verse lucht kon doordringen en waar geen medische of andere verzorging voorhanden was.
Toch wordt Hij op zondag alweer gezien nabij het graf, maakt Hij een fikse tippel naar Emmaüs èn verschijnt Hij in Jeruzalem — nog steeds op die voeten die niet enkel doorboord waren, maar ook flink uitgescheurd omdat Hij zich tegen die spijkers steeds had opgedrukt om adem te kunnen halen. Bij die verschijningen is Hij bevrijd van de windselen, die met hars aan zijn huid kleefden. Als Jezus voordien nog niet dood was geweest zal Hij dat zeker geweest zijn nadat mèt de windselen ook Zijn — al zwaar beschadigde — huid verwijderd was. Maar neen, Hij verschijnt nog veertig dagen lang op allerlei plaatsen, tot in Galilea toe.
Wanneer zou Jezus het graf dan hebben verlaten? Hetzij Hij, hetzij een of meer anderen hebben die steen weggewenteld.
Wil dit de opstanding verklaren, dan moeten we aannemen dat Jezus ondanks de dodelijke omstandigheden niet stierf maar juist bijkwam, dat Hij zich wist te bevrijden van de windselen en de zweetdoek, en dat Hij kans zag van binnenuit de steen weg te rollen. Dit was een steen in de vorm van een groot wagenwiel, in een goot waarvan het laagste gedeelte juist voor de ingang lag, zodat enkele mannen die steen wel voor de ingang konden rollen, maar er voor het weer wegrollen een heel ploegje mensen nodig was.

((Te doen.))

Verhaal uitwerken: Jezus komt bij gedurende de tweede nacht, roept, de wacht denkt aan een geest en vlucht. Enige mannen horen de roep, bevrijden hem, en brengen hem op zijn wens terug naar zijn bekenden in Galilea, waar hij verzorging hoopte te vinden. Één man (in witte kleding) blijft achter om de mensen die zeker zullen komen om hem behoorlijk te begraven op de hoogte te stellen.