Achtergrond
De vroegste bronnen over Mohammedꜛ dateren van 200 jaar na zijn dood. De isnadꜛ is de keten van overleveraars tot aan de geschreven bron. Een belangrijke vroege overleveraar is Ibn Shilab al-Zoehriꜛ, die wellicht zo'n 50 jaar na de dood van Mohammed geboren werd, en nog mensen gekend heeft die Mohammed mee hebben gemaakt. Van al-Zoehri, die in dienst stond van het Omajjadenhofꜛ, is bekend dat hij de overleveringen aanpaste: latere versies tekenen Mohammed gunstiger af dan eerdere. Zo is er een verhaal dat Mohammed drie mannen die weigerden mee te doen aan een expeditie tegen de stad Taboekꜛ uitstootte, maar dat er ʼs nachts een openbaring komt dat hij hen weer op moet nemen. In eerste instantie geeft al-Zoehri door dat Mohammed tot de volgende ochtend wachtte voordat hij deze openbaring bekend maakte, maar later laat hij Mohammed dit direct doen.
Ook vrome fantasie heeft de verhalen doen groeien, vergelijkbaar met wat er in de apocriefe evangeliën opgetekend staat. Zo groeit een nachtelijk visioen van Mohammed waarin hij in Jeruzalemꜛ Abrahamꜛ, Mozesꜛ en Jezusꜛ ontmoet uit tot een werkelijke reis, niet naar Jeruzalem maar naar de hemel. Zo zijn er tal van wijzigingen te vinden door de hele isnad heen, en is de oorspronkelijke versie van de verhalen vrij speculatief. In ons taalgebied heeft Nicolet Boekhoff-van der Voortꜛ hier onderzoek naar gedaan.
Alle stellingen over Mohammed, diens tijd, en diens uitspraken, zijn oncontroleerbaar en daarmee suspect.