Commentaar op het Oude Testamentꜛ
De Joden erkennen slechts het Oude Testament als Goddelijk, en noemen het Tenakꜛ of Tenachꜛ, naar de beginletters van de namen der drie hoofdonderdelen:
- Thoraꜛ
- De Wet van Mozesꜛ, Genesis tot en met Deuteronomium. Dit is het heiligste deel van de Bijbel.
- Neviimꜛ
- De Profeten. Deze vormen twee groepen.
- Vroege Profeten
- Jozua, Richteren, de beide boeken van Samuël en de beide boeken der Koningen.
- Late Profeten
- Deze worden weer onderscheiden naar de hoeveelheid tekst die hun boeken beslaat.
- Grote Profeten
- Jesaja tot en met Ezechiël.
- Kleine Profeten
- Hosea tot en met Maleachi. De tekst van de twaalf Kleine Profeten wordt door de Joden traditioneel in één boekrol geschreven.
- Ketoevimꜛ
- De Geschriften, de minst heilige boeken, verdeeld in drie groepen.
- De eerste groep
- Psalmen, Spreuken, Job
- Megillothꜛ
- De vijf Feestrollen, die op de verschillende Joodse feestdagen voorgelezen worden:
- Hooglied (Pesachꜛ, het Joodse Pasenꜛ), Ruth (Sjavoeothꜛ, het Wekenfeestꜛ), Klaagliederen (de Rouwdagꜛ), Prediker (Soekkothꜛ, het Loofhuttenfeestꜛ), Esther (het Poerimfeestꜛ).
- De derde groep
- Daniël, Ezra, Nehemia, en de beide boeken der Kronieken.
De Christelijke traditie volgt een iets andere indeling, namelijk:
- Geschiedenis
- Wet
- Gelijk aan de Joodse Thora.
- Historische boeken
- Jozua tot en met Esther, en soms Job.
- Geschriften
- Poëzie en Wijsheidslitteratuur: soms Job, en verder de Psalmen tot en met het Hooglied.
- Profeten
- Deze groep omvat wat de Joden de Late Profeten noemen, plus Klaagliederen en Daniël.
- Grote Profeten
- Jesaja tot en met Daniël.
- Kleine Profeten
- Hosea tot en met Maleachi.