Skepsis omtrent het oordeelꜛ
Oordeelsskepticismeꜛ stelt ons onvermogen tot weten, bijvoorbeeld doordat wij geen waarheden kunnen kennen, of niet betrouwbaar kunnen redeneren. Om die reden dienen wij ons van oordelen te onthouden (epocheꜛ).
Totaal oordeelsskepticisme lijkt met zichzelf in tegenspraak, want het beweert categorisch dat wij niets kunnen weten. Die tegenspraak kunnen wij dan echter evenmin erkennen, en natuurlijk is het op zich een goede zaak te twijfelen aan oordelen die onvoldoende grond hebben.
- Tegenwerping (Skepsisꜛ):
- We kunnen niets met zekerheid weten.
- Antwoord:
- Dan kunnen we ook niet weten of dat inderdaad zo is, dus misschien is het wel zo. Volkomen twijfelꜛ leidt tot een restrictieparadox.
- Tegenwerping (Pyrrhonismeꜛ):
- Tegenover ieder argument kan een even sterk tegenargument worden gezet (isosthenieꜛ), dus zekerheid is onmogelijk. Daarom moeten we gewoon leven volgens de schijn, met een „don't worry, be happy”-houding (ataraxieꜛ).
- Antwoord:
- Dit boekje poogt de isosthenie-hypothese te weerleggen — niet door redeneringen, maar door van het werkelijk bestaan van die schijn uit te gaan. Dat die schijn bestaat kan niet bewezen, maar wel ervaren worden. We weten dat het totaal nihilisme onwaar is.
- Overigens leidt het pyrrhonisme tot een interessante paradox: als het waar is kan er een even sterk tegenargument tegenover worden gezet, en hoeven we het dus niet te geloven. Als zo'n tegenargument er niet, als het dus onweerlegbaar is, is betekent dat dat het onwaar is.
- Tegenwerping (Onweetbaarheidꜛ):
- Wij kunnen niets weten, want wij kunnen niets bewijzen. Ieder zogenaamd bewijs lijdt aan Münchhausens trilemmaꜛ: hetzij het bewijs is oneindig regressief, hetzij het is circulair, hetzij het stopt arbitrair en claimt dat bepaalde zaken geen verder bewijs behoeven.
- Antwoord:
- In ieder geval lijdt die redenering aan het trilemmaꜛ, door arbitrair stoppen zonder de impliciete aanname dat alle weten op een bewijs gebaseerd is te onderbouwen. Die veronderstelling is onjuist, en daarmee valt de bodem uit het trilemma. Als ik weet dat ik pijn heb, weet ik dat niet door een bewijs.
- Tegenwerping (Skepsis houdbaarꜛ):
- Zolang de skepticus enkel twijfelt en niets stelt — dus ook niet dat hij twijfelt — is zijn positie houdbaar.
- Antwoord:
- Ja, maar dan is het een inhoudsloze positie, niet veel anders dan het rationeel nihilisme of de belevingswereld van een redeloos dier.
- Tegenwerping (Redeloosheid mogelijkꜛ):
- Wat de wijze weet, kan de gek ten onrechte menen te weten. Wij kunnen nooit weten of wij de wetende wijzeꜛ of de dwalende dwaasꜛ zijn.
- Antwoord:
- ((Te doen: terechte kenbron.))