Snaar­theorie

((Te doen. Supersnaar­theorie.))

Het blijkt heel moeilijk een versie van de snaartheorie te ontwikkelen die de limiet respecteert — een voorbeeld van anthropie. Nagenoeg alle keuzen leiden tot het bestaan van feitelijke oneindigheden en tot tachyonen, deeltjes die sneller dan het licht reizen. In zulke werelden zou het stopprobleem niet bestaan, met alle letterlijk ondenkbare consequenties van dien.

De natuurconstanten zijn vervangen door preciese waarden van lengte en kromming der dimensies, en de keuze der groep deeltjes. Zo kiest het Princeton-­model voor E8×E8, met fermionen in 10 dimensies en bosonen in 26 dimensies.