Reëel bewustzijn

Het gaat om de betekenis van de vraag: „Hoe is het nou zo en zo te zijn?”. Als die vraag zin heeft, heeft de ondervraagde bewustzijn van zo en zo. „Hoe is het nou een trap te krijgen?”, „Hoe is het nou verliefd te zijn?”, „Hoe is het nou te willen lezen?” — die vraag heeft zin bij mensen, maar niet bij de paspop in de kledingzaak. Niet alleen omdat die niet kon horen en geen zenuwen heeft, want ook bij een geavanceerde robot hebben die vragen geen zin, zelfs al zou die geprogrammeerd zijn om een bewustzijn-achtig antwoord te geven.

Feitelijk gaat het hier om de vraag naar qualia: Als het als iets is te willen lezen, dan is dat iets een gewaarwording.

((Te doen:

Bewustzijn moet niet verward worden met herinnerbaarheid. Als ik me ergens van bewust ben en dat vervolgens vergeet blijft het feit dat ik me er eerder van bewust was. Handelingen zijn dan ook niet noodzakelijk onbewust, enkel doordat men zich die naderhand niet meer kan herinneren. Als ik „op de automatische piloot” naar huis fiets en me die tocht bij aankomst niet meer kan herinneren kan ik die toch bewust beleefd hebben — en „bewust beleefd” in die betekenis is een pleonasme.

Reëel bewustzijn komt overeen met het bestaan van een beleving.

))