Lukas' titulatuur

Enige van de correcte titels die Lukas gebruikt ((Dit zijn maar wat aantekeningen; de tekst moet nog geschreven worden.))

Caesar
Anderen noemen Caesar, maar alleen Lukas geeft hun namen: Augustus (Lukas 2:1), Tiberius (Lukas 3:1), Claudius (Handelingen 11:28).
Als hij anderen citeert geeft hij correct die namen niet — bijvoorbeeld Paulus (Handelingen 25:10). In zijn beschrijving van Porcius Festus' rapportage gebruikt hij de titel Augustus, zoals in die context te verwachten (Handelingen 25:21). Het gaat hier overigens om Nero.
Hegemoon
2232 Felix (Handelingen 23:24) — met de correcte aanspreektitel „κρατιστος” (Handelingen 23:26).
Hegemonon
2230 Quirinius (Lukas 2:1), Pontius Pilatus (Lukas 3:1)
Tetrarch
5075 Herodes, Philippus, Lysanias (Lukas 3:1). Herodes liet zich „koning” noemen, zoals zijn vader ook was (Lukas 1:5), maar had die titel nooit officieel ontvangen. Andere evangelisten schrijven wel over „koning Herodes”.
Basileus (koning)
935 Herodes de zoon van Aristoboulos (Handelingen 12:1). Agrippa (Handelingen 25:13)
Ethnarch
1481 Alleen Paulus.
Politarch
Handelingen 17:6 — tot voor kort een onbekende titel, maar inmiddels aangetroffen in inscripties.
Verder
Hogepriester 749 — Annas èn Kajaphas!