Vormen van anthropie
Anthropie duikt in allerlei vormen op. Hier beschouwen wij enkele van die vormen.
((Als de orde te arm is zijn leven of intelligentie niet mogelijk, want die vereisen een minimum aan complexiteit. Als de orde te rijk is is leren echter niet mogelijk, want dat vereist een vanuit het niets herkenbare regelmaat. De mate van orde is daarmee ook anthropisch.
Inductie: zelfs als we niet op een orde-eiland wonen kan de orde nog onleerbaar zijn.
- In een iets gladder heelal zouden geen structuren ontstaan zijn; in een iets ruwer heelal zou geen rust voor evolutie zijn geweest — pogingen zouden voortijdig verstoord zijn. In een ook maar iets ruwer heelal zou geen sterrenkunde mogelijk zijn, doordat we geen „typisch” stuk heelal zouden kunnen waarnemen.
- Bij meer dan drie dimensies zijn planeetbanen instabiel — de zwaartekracht neemt dan meer dan kwadratisch af, zodat een kleine verandering in afstand van een planeet tot zijn zon snel groter wordt: de planeetbaan is een labiel evenwichtꜛ. (Ook atomen zouden zich niet kunnen vormen, daar ook electronbanen labiel zouden zijn.)
- Sterren te dicht bij het centrum van de melkwegꜛ staan bloot aan vernietigende straling; sterren aan de rand zijn te oud en hebben te weinig metalen.
- Het zonnestelsel is langdurig stabiel doordat Jupiterꜛ precies de juiste massa heeft.
- Jupiter staat op precies de juiste afstand om de aarde enerzijds niet te storen, en anderzijds wel te beschermen tegen een kometenbombardementꜛ.
- De aarde zelf is stabiel doordat er zo'n grote maanꜛ omheen draait. Zonder die maan zou de aardas niet stabiel blijven, en er dus geen constant klimaatꜛ zijn waaraan aanpassing mogelijk is.
- Zonder plaattektoniekꜛ zou er geen CO₂-cyclusꜛ mogelijk zijn.
- Zonder magnetisch veldꜛ zou er geen bescherming tegen harde straling zijn.
- Een dampkringꜛ en oceaanꜛ zijn nodig. Dit legt met grote precisie de massa van de planeet vast: iets lichter en vluchtige elementen ontsnappen te snel; iets zwaarder en de dampkring wordt een „soep”.
- De snelheid van de aardrotatieꜛ, en de hoek die de rotatieasꜛ maakt met het vlak waarin de aarde rond de zon draait zijn nodig.
Sommige van dezen zijn fundamenteel voor leven, andere wellicht meer voor onze soort van leven — maar naarmate meer planeten ontdekt worden kan duidelijker worden of in andere omstandigheden al dan geen leven mogelijk is.
Over een biljoen jaar zal volgens de sterrenkundigen ons sterstelsel met het Andromedastelselꜛ gebotst zijn en een elliptisch stelsel gevormd hebben. Ook dan zullen er sterren als onze zon zijn, en mogelijk planeten waarop leven mogelijk is. Maar door de uitdijing van het heelal zal het dan principieel onmogelijk zijn nog te ontdekken dat er meer dan één sterstelsel is — alle andere (we kennen er nu 400 miljard) liggen dan voorbij de gebeurtenishorizon. Eventuele astronomen dan zullen nooit de big bang kunnen ontdekken.
((Controleren: het zogeheten drievoudig alfaprocesꜛ dat op koolstof gebaseerd leven mogelijk maakt — beroemd geworden door Fred Hoylesꜛ voorspelling op anthropische gronden van een noodzakelijke resonantie — schijnt een gevolg van Efimovtoestandenꜛ te zijn.))