Commentaar op het Hoogliedꜛ
Het Hooglied heeft mensen vaak in verlegenheid gebracht en daardoor geleid tot allerlei allegorische verklaringen: het boek zou over Christus en zijn bruid, de kerk, gaan. In werkelijkheid is het juist andersom: dit boek beschrijft ware liefde tussen mensen, en Jezus gebruikt dat beeld om Zijn liefde voor de gemeente te verbeelden. Dat het om een aardse liefde gaat blijkt uit allerlei details.
- Anderen wordt in een keervers opgeroepen de liefde niet voortijdig op te wekken — in tegenstelling tot de dringende bekeringsoproep die de opdracht van de kerk is.
- Zowel bruid als bruidegom (Hooglied 5:9) is één onder velen — zij het ook de schoonste.
- De liefde heeft een duidelijk lichamelijk aspect (bijvoorbeeld Hooglied 7:7-9), (soms in eufemisme zelfs seksueel), uitmondend in een waarschuwing in beeldspraak: een jong meisje moet (als een stad omringd door) een muurꜛ zijn, en geen deurꜛ die voor Jan en alleman openstaat — slechts haar bruidegom mag die muur slechten.
- Hooglied 8:8-10
- Wij hebben een jonge zuster, die nog geen borsten heeft. Wat zullen wij met onze zuster doen ten dage, dat iemand naar haar dingt?
- Als zij een muur is, dan bouwen wij daarop een zilveren tinne; maar als zij een deur is, dan sluiten wij haar af met cederen planken.
- Ik was een muur en mijn borsten waren als torens. Toen werd ik in zijn ogen als een, die overgave aanbiedt.
- Als zij een muur is, dan bouwen wij daarop een zilveren tinne; maar als zij een deur is, dan sluiten wij haar af met cederen planken.
- Hooglied 1:5-6
- Tenten: nog steeds hebben de Bedoeïenen zwarte tenten. Overigens lijkt vers 6 aan te duiden dat haar huidskleur geen negroïde grond heeft, maar het gevolg van werken in de zon. Evenals tot voor kort in Nederland werd een gebruinde huid beschouwd als een teken van armoede.
- Hooglied 8:1
- Gezoogd: in het Nabije Oosten bestaat nog steeds het zoogzuster-ꜛ en -broederschap, dat inhoudt dat mensen die aan dezelfde borst gezoogd zijn geacht worden vrij te zijn van erotische aantrekking, en ook niet met elkaar mogen trouwen. Het is geen schande als een zoogbroederꜛ en -zuster tijd samen in afzondering doorbrengen, net zomin als dat bij ons voor normale broeders en zusters het geval is.
- Er bestaat zelfs het verschijnsel van het symbolisch zogen, waarbij een man even met zijn mond de tepel van een vrouw aanraakt, om zo een kuise toegang tot de vertrekken van haar dochters te verkrijgen — speciaal in oorlogstijd, om een man de gelegenheid te geven daar onder te duiken waar zijn (mannelijke) vijanden hem niet mogen zoeken.