Argumenten tegen de duale opzet van dit boekje
Tegen theorie en praktijk in één apologetiek.
- Tegenwerping (Theorie weerlegt praktijkꜛ):
- Als die ervaringsgegevens zo overtuigend zijn, waarom waren dan al die theoretische overwegingen nodig? De gevoelde noodzaak die te berde te brengen toont toch duidelijk aan dat de praktijk niet overtuigend is.
- Antwoord:
- Ervaring op zich is nooit overtuigend. Als wij iets vreemds meemaken vragen wij ons af of we niet dromen. Als we een meting doen en een onverwachte uitslag krijgen verliezen we het vertrouwen in onze meetapparatuur of in de opstelling. Pas binnen een theoretisch kader krijgt het experiment waarde.
- In zekere zin is dit te vergelijken met practica op school. De leraar meent al te weten wat er uit het experiment moet komen, en als er iets anders uitkomt heeft de leerling het niet goed gedaan. Enkel als die leerling kan aantonen dat zijn uitkomst wel redelijk is zal de leraar overstag gaan.
- De atheïst is als die leraar — hij meent al te weten dat God niet bestaat, of niet de Bijbelse God is, en laat zich maar met moeite overtuigen van het tegendeel. En werkelijk overtuigende ervaring vergt het zich overgeven aan God — en dat gebeurt normaliter pas nadat op andere wijze plausibiliteit is aangetoond.
- In zekere zin is dit te vergelijken met practica op school. De leraar meent al te weten wat er uit het experiment moet komen, en als er iets anders uitkomt heeft de leerling het niet goed gedaan. Enkel als die leerling kan aantonen dat zijn uitkomst wel redelijk is zal de leraar overstag gaan.
- Tegenwerping (Theorie overtuigt nietꜛ):
- Dat zijn allemaal wel mooie redeneringen, maar wie zegt me dat het ook echt zo is? Er zijn zoveel overtuigende verhaaltjes die toch niet waar blijken te zijn.
- Antwoord:
- Het Christendom is geen wijsgerige godsdienst, maar een voluit historische. God heeft zichzelf „laten kennen” in Jezus, en in de levens van miljoenen anderen. Beide bespreken we hier in enig detail.
- Tegenwerping (Praktijk toont dat theorie niet overtuigtꜛ):
- Als die theorie zo overtuigend is, waarom is dan nog praktische bevestiging nodig?
- Antwoord:
- De overtuigingskracht zit voor een deel juist daarin dat we in de praktijk precies vinden wat de theorie had voorspeld. Verder geldt het leraarsargument van hierboven ook weer: de leraar meent al te weten wat er uit een som moet komen, en keurt het antwoord van de leerling af als dat anders is. Enkel door de proef te doen kan de leerling de leraar er misschien van overtuigen dat de theorie waarin het antwoord van de leraar is gegrond niet juist is.
- Daarnaast speelt echter nog iets anders: de theorie kan ons nooit bij God brengen, net zoals een landkaart op zich ons nooit bij de schat kan brengen. Pas als we die schatkaart combineren met het werkelijke terrein kunnen we de schat vinden. Op gelijke wijze kan enkel de praktijk ons God zelf tonen in plaats van de theoretische abstractie van Hem.