Statistiekꜛ
Het feit dat de wereld groot en onbekend is maakt dat modellen in veel gevallen geen preciese voorspelling kunnen doen. Om te voorspellen waar de eerste regendruppel zal vallen is onvoorstelbaar veel kennis van de deeltjes in de lucht waaruit de bui valt nodig, en die kennis hebben we niet. Verder leiden de formules vaak tot berekeningen die te complex zijn om uit te voeren. Dieswege wordt meestal gebruik gemaakt van een statistisch modelꜛ, dat geen uitspraken doet over individuele gevallen, maar slechts omtrent het relatief voorkomen van verschillende uitkomsten.
De verificatievraag wordt hiermee tweeledig: voorspelt het model die verhoudingen correct, en voorspelt het ze nauwkeurig.
((Uitwerken: Het invoeren van te veel onbepaaldheid (bij voorbeeld „getuigen zijn volstrekt onbetrouwbaar”) leidt tot te veel onverklaarbare zaken (dat informatie zo vaak juist is), dus de vorm van de kansverdeling is zelf deel van het model. Dit leidt tot een complexere notie van model, waarvan het strict-deterministische model een grensgeval is.))
Kansrekening is een ervaringswetenschap: de beide wetten der grote aantallen zijn empirisch. Daardoor is het niet evident dat ze van toepassing is in extreme situaties (quantenniveau, de eerste momenten na de Big Bang, ‥)
Kansen bestaan bij de gratie van gelegenheden: een kans is altijd een kans per tijdseenheid, per keer, en zo voort. Daarom hebben kansen geen betekenis als er geen tijd of ander substraat van gelegenheid is. In het bijzonder bestaat er niet zoiets als „de kans op een fluctuatie die de tijd voortbrengt”
Beide feiten maken het veronderstellen van waarschijnlijkheden in het „oer-niets” problematisch.
De wetenschappelijke wereld verkeert in een crisis. Het probleem is dat het klassieke waarheidsbegrip zijn praktische betekenis kwijt is geraakt: wij kennen slechts met graden van waarschijnlijkheid, waarheid lijkt persoonsgebonden, en zo voort. Deze ondergang van de zekerheidsfictie heeft geleid tot het deconstructivisme en het postmodernisme. Dit zijn geen nieuwe paradigmata, maar slechts tussenstadia tussen het oude en het nog niet opgekomen nieuwe paradigma.
De kansrekening verkeert echter zelf ook in een crisis.
Zie ook de quantentheoretische overwegingen.