Restrictieparadoxenꜛ
„There are more things in heaven and earth, Horatio, then are dreamt of in your philosophy” — William Shakespeareꜛ, Hamletꜛ 1:5.
Het erkennen van het posterieure onder ontkenning van het prieure kan leiden tot een zogeheten restrictieparadox, waarbij de restrictie niet meer uit te drukken valt binnen het resultaat ervan (irreducibel is). De deelpagina's geven hiervan enige voorbeelden.
Beweringen die leiden tot restrictieparadoxen zijn zelfweerleggend: er kan eenvoudig bewezen worden dat ze onwaar zijn.
((Te doen.))
- Metaphysica en ontologie zijn onmogelijk of betekenisloos; wat onkenbaar is bestaat niet — dat is een metafysisch-ontologische uitspraak.
- Betekenisꜛ is prieur aan verifieerbaarheidꜛ en falsificeerbaarheidꜛ. De restrictieparadox „iets heeft slechts betekenis als het verifieerbaar of falsificeerbaar is” — we moeten de betekenis kennen voordat we zelfs een poging tot verificatie of falsificatie kunnen doen. Voorbeeld: „ik heb pijn”.
- A prioriꜛ is prieur aan a posterioriꜛ. Dit levert een zwakke restrictieparadox, want het zou zo kunnen zijn zonder dat we het wisten.
- Retorsieꜛ ligt dicht bij de performatieve tegenspraakꜛ.
Zelftoepasselijkheidꜛ is ruimer dan restrictieparadoxen. Een bewering als „Buitengewone beweringen vergen buitengewoon bewijs” is niet paradoxaal — maar vergt wel buitengewoon bewijs, tenzij aangetoond kan worden dat zij „gewoon” is. (En zelftoepasselijkheid, het feit dat een bewering zelftoepassingꜛoproept, is strenger dan zelftoepasbaarheidꜛ, het feit dat een bewering op zichzelf toegepast kan worden.)
Ockhams scheermesꜛ is posterieur aan noodzakelijkheid, en leidt daardoor tot een restrictieparadox.
((Te doen.))
Schijnparadoxen, zoals „God haat haten” (vergelijk „God heeft liefhebben lief”).
Zwakke anthropieꜛ is het vermijden van bepaalde restrictieparadoxen, zoals „Hier is leven onmogelijk”.
Ook de eis dat een houdbaar wereldbeeld een kengrond voor dat wereldbeeld biedt is een vermijding van een restrictieparadox.
„That which can be asserted without evidence can be dismissed without evidence.” — Christopher Hitchensꜛ.
„The man who represents all thought as an accident of environment is simply smashing and discrediting all his own thoughts — including that one.” — Gilbert Keith Chestertonꜛ, Tremendous Triflesꜛ — The Wind and the Treesꜛ.