Epifenomenen
Een epifenomeenꜛ is een verschijnsel dat weliswaar reduceerbaar is tot andere verschijnselen, maar zich aan ons voordoet als van een andere orde. Epifenomenen komen in twee vormen: interne en externe. Bij een intern epifenomeen gaat het om eigenschappen die werkelijk tot dat verschijnsel behoren; bij een extern epifenomeen ontstaat de eigenschap in onze geest.
Er is een fundamenteel verschil tussen beide vormen van epifenomeen. Het interne gedrag is objectief aanwezig: het systeem heeft de toegekende eigenschap. Een door ons waargenomen extern gedrag is echter slechts in onze geest (juister: ziel) aanwezig. De virtuele werkelijkheid is niet drie-dimensionaal; Eliza begrijpt niet werkelijk wat de secretaresse vertelde.
Veel interne epifenomenen ontstaan door terugkoppeling. Het dooreenhalen van beide vormen van epifenomeen heeft geleid tot talloze pogingen ook andere zaken uit terugkoppeling te verklaren, bij voorbeeld bewustzijn uit zelfrepresentatie, semantiek uit effectwaarneming. Dit leidt echter tot niets: het feit dat een bepaald systeem in onze geest een bepaalde onterechte overtuiging te weeg kan brengen helpt ons niet bij pogingen een systeem te ontwikkelen waarvoor die overtuiging terecht zou zijn. ((Zie de „ondoodbare robot” in The Mind's I.)) En als ik hevige pijn heb, en me daardoor meer dan ooit bewust ben, kan ik juist het bestaan van mezelf geheel uit het oog verliezen: er is enkel die pijn. Terugkoppeling en bewustzijn zijn dan anticorrelatief.
((Te doen.))
Terminologie: epifenomenalisme is een iets ander begrip, namelijk dat in het bijzonder geestesverschijnselen wel veroorzaakt worden door stoftoestanden, maar niet omgekeerd die stof kunnen beïnvloeden.